Madeliefje - Bellis perennis
Madeliefje is een zeer lage, wit tot roze, overblijvende
plant. Haar dunne stengel, die aan de voet door een rozet van
spatelvormige bladeren wordt omgeven, is doorgaans bladloos en draagt aan de
top één hoofdje. Ze groeit al vroeg in het voorjaar op zonnige plekken tot
laat in oktober bij warm najaarsweer.
Natuurlijke groeiplaats
Madeliefje komt in heel Nederland algemeen voor. Alleen in
enkele voedselarme zand- en hoogveengebieden, zoals het oostelijk deel van
Drenthe, lijkt ze wat minder voor te komen.
Toepassing
Ze groeit graag in laag gras en heeft baat bij
regelmatig maaien of betreden, ideaal voor een bloemrijk gazon. In het openbaar
groen is ze toe te passen in bermen, parken en plantsoenen.
Ontwikkeling
Madeliefje is een zeer lage, overblijvende plant. Op
vochtige matig voedselrijke grond kan ze vanuit zaad direct bloeien in
hetzelfde jaar. Als één van de weinigen bloeit ze bijna jaarrond, maar vanwege haar
overvloedige bloei in mei wordt de plant ook wel 'Meizoentje' genoemd.
Ecologische waarde
Madeliefje wordt bezocht door een scala aan bijen, van bloedbijen,
groefbijen, wespbijen tot de Tweekleurige zandbij, Vosje, Roodgatje, en Tronkenbij.
Ook vlinders weten de bloem te vinden voor nectar.
Combineren
Madeliefje groeit goed samen met andere tredplanten in een
laag blijvende vegetatie, zoals Smalle weegbree, Kleine klaver, Gewoon
biggenkruid en Gewone brunel.
Overig
Ze gold als symbool van de Maagd Maria, waarnaar ze vermoedelijk is vernoemd, maegde-lieve.
Specificaties
| Bestuiving/nectar: | Vlinders, bijen, zweefvliegen |
|---|---|
| Bloeimaanden: | februari, maart, april, mei, juni, juli, augustus, september, oktober |
| Bloeitijd beginmaand: | februari |
| Bloeitijd eindmaand: | oktober |
| Bloemkleur: | Wit |
| Eigenschappen: | Eetbare wilde planten, Heemplanten, Vroege Bloeiers |
| Geschikt voor: | Voor in pot en plantenbak |
| Hoogte tot: | 15 |
| Hoogte van: | - |
| Inheems/uitheems: | Inheems in Nederland |
| Levensduur: | Vaste plant |
| Licht: | halfschaduw, zonnige plek |
| Natuurlijke groeiplaatsen: | Grasland, Oever |
| Vocht: | vochtig |
| Voedselrijkdom: | arme grond, voedselrijke grond |
Specifieke instructies zaaien en verzorging
Deze zaden kiemen snel als het gelijkmatig vochtig blijft (niet te nat!) bij een temperatuur van 20°C. De zaden licht afdekken (nooit dikker dan de zaaddikte) en de fijnste zaden niet afdekken en alleen licht aandrukken en voorzichtig nat maken met bijvoorbeeld een plantenspuit of gieter.Algemene verzorginstructies
Madeliefje is een zeer lage, wit tot roze, overblijvende
plant. Haar dunne stengel, die aan de voet door een rozet van
spatelvormige bladeren wordt omgeven, is doorgaans bladloos en draagt aan de
top één hoofdje. Ze groeit al vroeg in het voorjaar op zonnige plekken tot
laat in oktober bij warm najaarsweer.
Natuurlijke groeiplaats
Madeliefje komt in heel Nederland algemeen voor. Alleen in
enkele voedselarme zand- en hoogveengebieden, zoals het oostelijk deel van
Drenthe, lijkt ze wat minder voor te komen.
Toepassing
Ze groeit graag in laag gras en heeft baat bij
regelmatig maaien of betreden, ideaal voor een bloemrijk gazon. In het openbaar
groen is ze toe te passen in bermen, parken en plantsoenen.
Ontwikkeling
Madeliefje is een zeer lage, overblijvende plant. Op
vochtige matig voedselrijke grond kan ze vanuit zaad direct bloeien in
hetzelfde jaar. Als één van de weinigen bloeit ze bijna jaarrond, maar vanwege haar
overvloedige bloei in mei wordt de plant ook wel 'Meizoentje' genoemd.
Ecologische waarde
Madeliefje wordt bezocht door een scala aan bijen, van bloedbijen,
groefbijen, wespbijen tot de Tweekleurige zandbij, Vosje, Roodgatje, en Tronkenbij.
Ook vlinders weten de bloem te vinden voor nectar.
Combineren
Madeliefje groeit goed samen met andere tredplanten in een
laag blijvende vegetatie, zoals Smalle weegbree, Kleine klaver, Gewoon
biggenkruid en Gewone brunel.
Overig
Ze gold als symbool van de Maagd Maria, waarnaar ze vermoedelijk is vernoemd, maegde-lieve.
Specificaties
| Bestuiving/nectar: | Vlinders, bijen, zweefvliegen |
|---|---|
| Bloeimaanden: | februari, maart, april, mei, juni, juli, augustus, september, oktober |
| Bloeitijd beginmaand: | februari |
| Bloeitijd eindmaand: | oktober |
| Bloemkleur: | Wit |
| Eigenschappen: | Eetbare wilde planten, Heemplanten, Vroege Bloeiers |
| Geschikt voor: | Voor in pot en plantenbak |
| Hoogte tot: | 15 |
| Hoogte van: | - |
| Inheems/uitheems: | Inheems in Nederland |
| Levensduur: | Vaste plant |
| Licht: | halfschaduw, zonnige plek |
| Natuurlijke groeiplaatsen: | Grasland, Oever |
| Vocht: | vochtig |
| Voedselrijkdom: | arme grond, voedselrijke grond |