Kleine ratelaar - Rhinanthus minor
Kleine ratelaar - Rhinanthus minor
Een éénjarige half parasiet op grassen. Komen er teveel grassen in uw bloemenwei, of wilt u een bestaande bloemenwei omvormen tot bloemrijk grasland? In sommige, niet al te voedselrijke situaties kan Ratelaar (Rhinanthus) worden gezaaid. Door de introductie van deze op gras parasitair groeiende, éénjarige bloemplanten kunnen de grassen in de vegetatie enigszins worden onderdrukt. Hierdoor krijgen bloemen in een grasland meer kans om zich te ontwikkelen. Ratelaar maakt onderdeel uit van verschillende Cruydt-Hoeck mengsels, maar kan ook los bijgezaaid worden. Ratelaar dient tussen juli en de late herfst te worden gezaaid. Voor het zaaien dienen de aanwezige grassen kort te worden gemaaid zodat de zaden van Ratelaar bij de bodem kunnen komen. Als de grasmat te dicht is kan de grond eventueel een beetje worden opgeruigd met bijvoorbeeld een grove hark. Op plaatsen waar de Ratelaar groeit en bloeit mag pas na de zaadzetting worden gemaaid, ongeveer na half juli. Dat Ratelaar diverse soorten grassen kan parasiteren bewijst deze spontane zaailing in een kweekbed van Witte veldbies (Luzula luzuloides).
Kleine ratelaar - Rinanthus minor vindt u vooral op drogere en kalkrijkere plekken, terwijl Grote ratelaar - Rinanthus angustifolius vaker op vochtige en meer zure plekken voorkomt.
Specificaties
| 1000-zadengewicht: | 3 |
|---|---|
| Bestuiving/nectar: | Hommels, Vlinders, bijen, zweefvliegen |
| Bloeimaanden: | mei, juni, juli, augustus, september |
| Bloeitijd beginmaand: | mei |
| Bloeitijd eindmaand: | september |
| Bloemkleur: | Geel |
| Ecologische Flora: | 0,288888889, 3:236 |
| Hoogtebereik: | 10 - 50 cm |
| Hoogte tot: | 50 |
| Hoogte van: | 10 |
| Inheems/uitheems: | Inheems in Nederland |
| Levensduur: | Eenjarige plant |
| Licht: | halfschaduw, zonnige plek |
| Natuurlijke groeiplaatsen: | Grasland, Heide, Helling |
| Nederlandse naam: | Kleine ratelaar |
| Vocht: | droog, vochtig |
| Voedselrijkdom: | niet te arme grond |
| Wetenschappelijke naam: | Rhinanthus minor |
Specifieke instructies zaaien en verzorging
Algemene verzorginstructies
De zaden van deze koudekiemer hebben langdurige kou (<5 graden) nodig om de kiemrust te doorbreken. Vaak is een natuurlijke winterperiode genoeg. Waneer deze zaden tot november worden gezaaid, zullen ze in het vroege voorjaar ontkiemen wanneer de temperatuur weer omhoog gaat.
Een éénjarige half parasiet op grassen. Komen er teveel grassen in uw bloemenwei, of wilt u een bestaande bloemenwei omvormen tot bloemrijk grasland? In sommige, niet al te voedselrijke situaties kan Ratelaar (Rhinanthus) worden gezaaid. Door de introductie van deze op gras parasitair groeiende, éénjarige bloemplanten kunnen de grassen in de vegetatie enigszins worden onderdrukt. Hierdoor krijgen bloemen in een grasland meer kans om zich te ontwikkelen. Ratelaar maakt onderdeel uit van verschillende Cruydt-Hoeck mengsels, maar kan ook los bijgezaaid worden. Ratelaar dient tussen juli en de late herfst te worden gezaaid. Voor het zaaien dienen de aanwezige grassen kort te worden gemaaid zodat de zaden van Ratelaar bij de bodem kunnen komen. Als de grasmat te dicht is kan de grond eventueel een beetje worden opgeruigd met bijvoorbeeld een grove hark. Op plaatsen waar de Ratelaar groeit en bloeit mag pas na de zaadzetting worden gemaaid, ongeveer na half juli. Dat Ratelaar diverse soorten grassen kan parasiteren bewijst deze spontane zaailing in een kweekbed van Witte veldbies (Luzula luzuloides).
Kleine ratelaar - Rinanthus minor vindt u vooral op drogere en kalkrijkere plekken, terwijl Grote ratelaar - Rinanthus angustifolius vaker op vochtige en meer zure plekken voorkomt.
Specificaties
| 1000-zadengewicht: | 3 |
|---|---|
| Bestuiving/nectar: | Hommels, Vlinders, bijen, zweefvliegen |
| Bloeimaanden: | mei, juni, juli, augustus, september |
| Bloeitijd beginmaand: | mei |
| Bloeitijd eindmaand: | september |
| Bloemkleur: | Geel |
| Ecologische Flora: | 0,288888889, 3:236 |
| Hoogtebereik: | 10 - 50 cm |
| Hoogte tot: | 50 |
| Hoogte van: | 10 |
| Inheems/uitheems: | Inheems in Nederland |
| Levensduur: | Eenjarige plant |
| Licht: | halfschaduw, zonnige plek |
| Natuurlijke groeiplaatsen: | Grasland, Heide, Helling |
| Nederlandse naam: | Kleine ratelaar |
| Vocht: | droog, vochtig |
| Voedselrijkdom: | niet te arme grond |
| Wetenschappelijke naam: | Rhinanthus minor |
Specifieke instructies zaaien en verzorging
Algemene verzorginstructies
De zaden van deze koudekiemer hebben langdurige kou (<5 graden) nodig om de kiemrust te doorbreken. Vaak is een natuurlijke winterperiode genoeg. Waneer deze zaden tot november worden gezaaid, zullen ze in het vroege voorjaar ontkiemen wanneer de temperatuur weer omhoog gaat.