Ga naar de hoofdinhoud Ga naar de zoekopdracht Ga naar de hoofdnavigatie
Erg zeldzaam in Nederland, voornamelijk doordat ze van nature alleen voorkomt op vochtige, kalkrijke gronden. Je vindt haar dus vrijwel uitsluitend in de hellingbossen in Limburg. Toch is het geen moeilijke plant in cultuur.

Specificaties

Bestuiving/nectar: Hommels, bijen, zweefvliegen
Bloeimaanden: mei, juni, juli, augustus
Bloeitijd beginmaand: mei
Bloeitijd eindmaand: augustus
Bloemkleur: Wit
Eigenschappen: Heemplanten
Grondsoort: kalkhoudende grond
Grondvoorkeur: Kalkrijke grond
Hoogte tot: 60
Hoogte van: 30
Inheems/uitheems: Inheems in Nederland
Levensduur: Vaste plant
Licht: halfschaduw, schaduw
Natuurlijke groeiplaatsen: Bos, Helling
Vocht: vochtig

Specifieke instructies zaaien en verzorging

De zaden van deze koudekiemer moeten eerst vocht op kunnen nemen in een warme periode (2 tot 5 weken). Daarna doorbreekt een periode van kou (tussen +5 tot -5°C) de kiemrust. Hoe lang zo’n periode moet zijn, is per soort verschillend. Temperaturen lager dan -5°C verlengen de periode, omdat het proces dan stil staat. De natuurlijke winteromstandigheden zijn meestal het meest effectief voor het doorbreken van de kiemrustperiode. De kieming kan soms wat langer op zich laten wachten.

Algemene verzorginstructies

Deze soort kiemt het beste als de zaden zo vers mogelijk worden gezaaid, bij voorkeur direct na de oogst. Mogelijk zal de kieming anders toch pas in het voorjaar gebeuren.
Erg zeldzaam in Nederland, voornamelijk doordat ze van nature alleen voorkomt op vochtige, kalkrijke gronden. Je vindt haar dus vrijwel uitsluitend in de hellingbossen in Limburg. Toch is het geen moeilijke plant in cultuur.

Specificaties

Bestuiving/nectar: Hommels, bijen, zweefvliegen
Bloeimaanden: mei, juni, juli, augustus
Bloeitijd beginmaand: mei
Bloeitijd eindmaand: augustus
Bloemkleur: Wit
Eigenschappen: Heemplanten
Grondsoort: kalkhoudende grond
Grondvoorkeur: Kalkrijke grond
Hoogte tot: 60
Hoogte van: 30
Inheems/uitheems: Inheems in Nederland
Levensduur: Vaste plant
Licht: halfschaduw, schaduw
Natuurlijke groeiplaatsen: Bos, Helling
Vocht: vochtig

Specifieke instructies zaaien en verzorging

De zaden van deze koudekiemer moeten eerst vocht op kunnen nemen in een warme periode (2 tot 5 weken). Daarna doorbreekt een periode van kou (tussen +5 tot -5°C) de kiemrust. Hoe lang zo’n periode moet zijn, is per soort verschillend. Temperaturen lager dan -5°C verlengen de periode, omdat het proces dan stil staat. De natuurlijke winteromstandigheden zijn meestal het meest effectief voor het doorbreken van de kiemrustperiode. De kieming kan soms wat langer op zich laten wachten.

Algemene verzorginstructies

Deze soort kiemt het beste als de zaden zo vers mogelijk worden gezaaid, bij voorkeur direct na de oogst. Mogelijk zal de kieming anders toch pas in het voorjaar gebeuren.